Day 25 - Reisverslag uit Lhasa, China van Joris Timmermans - WaarBenJij.nu Day 25 - Reisverslag uit Lhasa, China van Joris Timmermans - WaarBenJij.nu

Day 25

Door: Joris Timmermans

Blijf op de hoogte en volg Joris

13 September 2013 | China, Lhasa

Over een week maken we al ons weer op om naar Nederland te vliegen, wat vliegt de tijd als je veel te doen en te zien hebt. Het is ook de dag dat mijn oudere zus Anne jarig is. Hierop het instituut heb ik nog internet zodat ik haar zou kunnen bellen. Echter met het tijdsverschil gerekend is het nu in Nederland 2 uur s ’nachts. En aangezien benjamin hen natuurlijk ook s'nachts veel aandacht nodig heeft, laat ik hen slapen. Ik stuur in plaats daarvan een Whatsapp met mijn felicitaties.

We gaan vandaag richting Naqu. Voor het eerst sinds onze trip richting Shiquanhe gaan we ons naar onbekend terrein. Onze weg loopt langs de rails die de trein van Beijing naar Lhasa brengt. Toen we deze reis zaten te plannen was het ons idee om met trein te pakken. De reis op die manier zou 2 dagen duren een goede manier om dus langzaam te acclimatiseren aan de hoogte. Daarbij schijnt het uitzicht vanuit de trein ok geweldig te zijn. In elk geval was het landschap waar we nu door rijden ons meer bekend voor gekomen. Door omstandigheden moesten we echter met het vliegtuig.

Als je de hoge toppen van de bergen wegdenkt dat lijkt het net alsof je door de bergen in Frankrijk aan het rijden bent. De weg neemt ons door de graanvelden welke op dit moment geoogst worden. Ondanks dat ik een dors machine langs de weg heb zien staan gebeurt dit hier natuurlijk allemaal met de hand. We zien mannen, vrouwen en kinderen druk aan het werk op het veld. Af en toe zitten er boeren even gezamenlijk wat te eten onder het genot van wat sterke drank. Het zonnetje schijnt en de temperatuur is nu nog prima. Murat en Ik zijn echter door Cungbo gewaarschuwd om warme kleren mee te nemen voor het werk in Naqu. Gelukkig heb ik mijn muts en handschoenen meegenomen (al dacht ik zelf dat ik ze wel eerder zou gebruiken).

In de tussentijd komen rijden we langs een klein stadje Yang Ba Jing. Het opmerkelijke van dit stadje is dat er hotpots te vinden zijn. Natuurlijk kan je in dit stadje goed een potje fonduen maar ik bedoel hier mee een geologisch fenomeen. In een vulkanisch gebied stroomt het magma dicht onder de grond en verhit dan dit het grondwater tot kookpunt. Deze stoom zoekt dan een weg naar boven om via 'hotpots' uit de aarde te blazen. Uiteraard betekent dit ook dat al het andere water iets meer aan de oppervlakte ook goed warm is. In zo`n gebied kun je dan jook vele warmwater bronnen vinden. De naam van het stadje impliceert dit ook al aangezien Jing bron betekent. En zo lijkt Tibet niet alleen in leegte op IJsland maar ook in geologische activiteit. We hebben echter nu geen tijd om even lekker te gaan badderen er rijde verder; misschien op de weg terug?

Verder rijdend worden de bergen langzaam minder snel om plaats te maken voor uitgestrekte weilanden. Voor het eerst krijg ik het gevoel echt op een plateau te zijn. Het lijkt bijna net zo plat als in Nederland (met dien verstande dat dit op 4700 meter hoog is). En net zo als in Nederland zien we veel schapen en runderen (yaks dus). Deze lopen echter wel los rond zonder dat er een herder in de buurt is.
In Naqu aangekomen moeten we eerst even ons bij de politie melden en daarna een hotelletje op te zoeken. Dit laatste is niet zo heel moeilijk omdat er maar 1 hotel in dit stadje is: Naqu hotel. We kunnen echter niet lang van onze rust genieten omdat we natuurlijk hier zijn om bodemvocht loggers uit te lezen. Deze liggen langs de weg waarover we zijn gekomen wat betekent dat we al weer terug moeten rijden (een stukje in elk geval). Hier onder vinden we echter een klein probleempje. De coördinaten die Murat in de gps heeft geprogrammeerd zijn anders dan die wij in de vorm van google earth bestanden hebben gekregen. Niet alleen liggen deze locaties ver van elkaar, ze liggen ook nog een keertje aan de buitenkant van ons gebied. Aangezien het al laat is besluiten we deze stations morgen pas te bezoeken en in plaats daarvan richting the Naqu instituut compound te rijden.
Aangekomen bij deze compound blijkt echter dat er niemand is. Het enige wat er wel is zijn heel veel schapen die net buiten de afscheiding aan het grazen zijn. Dit station (te vergelijken met Qomolangma station en Ali station) is maar de helft van het jaar bezet met mensen. Gedurende de rest van het jaar wordt er een oogje in het zeil gehouden door een lokale buurman. Deze komt ook nog even buurten als wij over het hek zijn geklommen om onze logger (die in de compound ligt) uit te lezen. Het blijkt een aardige man die voor de rest geen Engels of chinees kan.
Na de succesvolle uitleesactie gaan we door naar het tweede station. Onderweg zien we een hoop aantal kleine knaagdieren wegschieten terug het holletje in. Eerst denken aan veldmuizen, maar aangezien ze geen staart hebben veranderen we onze mening naar marmotten. We hopen dat ze niet de kabels hebben door geknabbeld. Dit blijkt niet het geval te zijn. Het uitlezen van het tweede station verloopt echter wel iets anders dan van te voren gepland maar uit eindelijk komt alles goed. In de tussentijd begint is het al laat aan het worden. De zon staat laag aan de hemel, en we twijfelen of we nog wel naar een ander station moeten gaan.

Uiteindelijk proberen we deze toch te bereiken wat ons weer een aantal rare momenten oplevert. Eerst komen wij een stroompje waar Shue niet door heen wil. Begrijpelijk, het is immers laat en een sleep vinden rond deze tijd zal onmogelijk zijn. Via een sluipweg komen we toch bij onze station aan. De zon is echter nu al onder en het begint snel donker te worden. We kunnen nog wel zonder hulplicht de logger vinden met onze metaal detector en ze opgraven maar hierna is ook dat kleine beetje licht weg. Omdat we de lokale bevolking niet willen laten weten dat hier instrumenten zijn begraven gebruiken we niet het licht van de auto maar een aantal kleine zaklampjes om ons werk te belichten. Dit heeft echter tot gevolg dat de Tibetanen juist nieuwsgierig worden. Dit heeft tot gevolg dat er op een gegeven moment een motor onze kant op komt snorren. Met veel interesse wordt er gekeken wat er voor spul allemaal in de grond is gestopt. Het maakt ons werk er allemaal niet makkelijker op. Ook omdat we erachter komen dat de sensoren al meer dan een jaar niets gemeten hebben omdat de stekkers niet in logger zaten. Nu wij dit hebben gefikst, hopen we maar dat onze bezoekers de installatie met rust laten.

Het is in tussen zo donker geworden dat ik geen hand voor ogen kan zien. En voor het eerst deze reis kijk ik dan omhoog. Ik word begroet door een sterrenhemel zoals ik die nog nooit heb gezien. De ijle lucht die ons af en toe naar adem doet happen zorgt er voor dat ik meer sterren dan ooit kan zien. Een halve maan verstoort het uitzicht een beetje door voor veel strooilicht te zorgen. Maar ik sta met gestokte adem omhoog te kijken. Ik heb niet eens in de gaten dat ik al een aantal keer geroepen ben dat we weer terug gaan naar ons hotel.

De terug rit blijkt ook een hele opgave te zijn. Het is namelijk zo donker dat we niet meer weten welke kant we nu op moeten rijden om de 'snelweg' terug te vinden. Gelukkig heb ik de hele reis al gelogd met google tracks. En zo proberen we rijdend op de stippellijn van mijn tablet de weg terug te vinden. Op de snelweg aangekomen houdt het nachtelijke avontuur niet op. Shue zet het grote licht aan maar het licht lijkt te verdwijnen in de duisternis en helpt ons eigenlijk dus niet heel veel verder. Aan de andere kant hebben onze tegenliggers ook groot licht aangezet. Dit levert ons een aantal hachelijke momenten op; verblind door dit licht kunnen we amper zien op we nog wel op de weg rijden. Een paar kilometer later worden we met onze neus op de feiten gedrukt als we langs een auto in de greppel rijden. Deze is waarschijnlijk licht-verward compleet de verkeerde kant opgestuurd en staat nu rond half 10 in het midden van het donker te wachten op help. We willen onze hulp nog aanbieden, maar er is al wat geregeld zo wordt ons verteld.

En zo rijdend door de nacht proberen we ons hotel te bemachtigen. Hier aangekomen blijkt het ijskoud te zijn in onze hotelkamer. Na een kleine inspectie wordt duidelijk waarom dit is. Ons raam bestaat niet uit 1 stuk te bestaan maar ui verschillende (niet goed op elkaar passende scherven). De wind waait er dus makkelijk door heen. Gelukkig hebben we nog wat tape over zodat we in ieder geval beschermt zin voor de wind. Nu nog proberen te slapen bij deze temperaturen. Einde van dag 25.
PS: het internet hier is zo verrot dat ik de fotos een later tijd upload
English version

I about a week were will be flying back to the Netherlands. Time flies if you have a lot do and see. Today is also the day that My older sister Anne has her birthday. I was thinking of calling here this morning but considered that with the time difference the time in Utrecht as about 6 oclock. And because Benjamin of course also takes up a lot of Anne and Hans Christiaans nighttime I decide to let them sleep. Instead I Whatsapp my congratulations.

Today we are heading to Naqu. This is the first time since our trip to Shiquanhe that we will be travelling to unknown territory. The road runs parallel to the traintrack from Beijing to Lhasa. In the original planning phase of this journey (some months ago) we had considered taking the train instead of the airplaine. The trip would cost us 2 days which is ideal for getting accustomed with the height. Also the view from the train is supposed to be breathtaking. However as we did not opt for the train the current journey is again an adventure.
When I think away the high mountaintops I would think that I was in south France. The road takes us through wheat fields which are being harvested. Despite that I have seen a harvesting machine all the work is done by hand. We see man, women and children busy at work on the field. Here and there we also see farmers eating and drinking something together as they get ready to continue the harvest. The sun is shining and the temperature is fine. Cungbo however has warned us to also bring some warm cloths for the work in Naqu. Fortunaly I have taken my gloves and cap with me from Holland (although I had almost given up needing them).

Continuing our journey we pass a small town called Yang Ba Jing. This city is famous for its hotpots. Of course you can eat hotpot in about every town in china, but I mean here hotpot-the geological phenomena. In a volcanic area the magma is flowing close to the surface and is heating up the groundwater to boilingpoint. This steam than finds a way up and is released in so called hotpots. In such areas you can also find a lot of hot water springs. The name of the city reconfirms this, as ‘Jing’ means hotspring. This again makes Tibet look a lot like Iceland; not only due to the sparse population but also because of the geological activity. We however do not have time to go for a bath. Perhaps on the way back?!

The mountains slowly are becoming less high and make way for long stretches of grasslands. I now have for the first time the feeling that I am on a plateau. It almost feels as flat as the Netherlands (though at an altitude of 4700 meter). Similar to the Netherlands I also see a lot of sheep and cattle (in this case.. yaks). These however walk about freely without any shepard to be seen.

In Naqu we first have to report to the police before we can try and locate a hotel. This last part is not as difficult as it seems as there is only one hotel in the town: Naqu hotel. We however cannot recuperate a lot from our journey as we have to perform a job here (reading out the soil moisture loggers). However we the first problem not far away. The coordinates of the location that Murat has programmed in the GPS are different from the ones that have been given to us in the form of Google Earth files. Not only are these locations far apart from each other, they also are on opposite ends of our working area. As it is getting rather late we decide to visit theses stations tomorrow and instead drive to the compound of the Naqu station.

At the station nobody is around. The only abundant thing are sheep that are grazing just outside the fence of the institute. This station is similar to the ones in Qomolangma and Ali, but only is occupied by people for half a year. The rest of the year the neighbor watches out for the institute. He also comes and visists us after we have climbed over the fence to readout the logger (which is inside the compound). He appears to be very friendly despite the fact that I cannot understand Tibetan or Chinese.

After this successful operation we head to the next station. On the way we see a lot of small rodents running back to their dens. I first think they are fieldmice but as they have no tail I change my mind to Marmots. We hope that they did not chew on the cables. The readout of the second station could be better, but does not make our live to difficult. The sun is low in the sky and we are not sure to pursue another logger-readout.

Eventually we decide to go to the other station, resulting in a string of events. We first encounter a stream that Shue does not want to pass. I completely understand; it`s already quite late and a towtruck would be impossible to find at this hour. Using a ‘shortcut’ we can still reach our station. The sun however has not really set and darkness sets in. Without any auxiliary light we still can find the logger with the metal detector and dig it out, but after this the light is truly gone. As we do not want to let the local people know where the instruments are buried we refrain using the headlines of the car, but instead use small torches. However this increases the curiousity of the Tibetan people who in term race on their motor bikes to investigate. With a lot of interest they checkout what kind of equipment is put into the ground. It does not make our job any easier. This is made even more difficult when we found out that the logger did not record anything for a year as the connections of the sensors were not plugged in properly. After having fixed this we hope that our visistors will leave our setup undisturbed.

The darkness has reached the level that I cannot see the hands in front of my eyes. And for the first time in Tibet I look up. I am greeted with a sky decorated with stars as I have never seen. The low pressure air that makes us gasp also enables me to see more stars than I have ever seen. The rising moon disturbs my view a bit as it provides a lot of stray light. I however stand with open mouth looking upward. I don`t even notice that I have been called several times that we are heading back to our hotel

This trip also proves quite a challenge. It is so dark that we cannot see which way to head to reach our ‘highway’. Fortunately I have logged the trip with google tracks. And so in the middle of the night we try not to deviate from the dotted line too much. Even when we reach the highway this is not the end of our nightly adventure. Shue puts on his biggest lights but the rays seem to be absorbed by the darkness and does not help us too much. The traffic heading the other way however also has put on their large beams which causes havoc in our car as we are completely blinded by it. A couple of kilometers down the road we are shown what kind of consequences this has as we find a car stranded in the ditch at 21.30. We want to offer our help, but we are told that they have already arranged something.

And so we continue our nightly drive to our hotel. When we finally enter our hotelroom it appears to be stone cold. After a small inspection we discover that our window is not made of 1 piece, but instead several shards that do not fit together properly. The icy wind has no difficulty entering our room. In such cases duck tape is your best friend and we soon tape off any cracks. While the temperature in the room is still low we at least are covered from the wind when we try and get some sleep. End of day 25.

PS the internet is so slow here that I will upload the photos another time

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Joris

`

Actief sinds 21 Aug. 2013
Verslag gelezen: 245
Totaal aantal bezoekers 20260

Voorgaande reizen:

08 Februari 2021 - 01 Oktober 2022

Space

05 Oktober 2015 - 01 Januari 2016

Werken in Londen

19 Augustus 2013 - 20 September 2013

Expeditie Tibet

Landen bezocht: